Vergeven in de praktijk
Gastblogger: Amarja Kamp, (In: Sofia, zomer 2014, nr. 68 Themanummer ‘Loslaten en vergeving’)
“Maar ik wil helemaal niet vergeven! Nou ja, diep in m’n hart wel dus, maar het probleem is vaak dat als ik het nodig heb om te vergeven, ik daar nou niet echt blij mee ben.
Ook al weet ik dat ik me daarna stukken beter voel, er is altijd een weerstand, ongeveer vergelijkbaar met doorgaan in een zwembad…. het is toch even wennen en moed verzamelen en jezelf voorhouden dat het straks beter voelt. Als ik boos ben heb ik geen hartcontact, dan ben ik boos en vind ik dat ik volkomen gelijk heb, het nadeel is dat ik me ondanks dat gelijk, toch heel rot voel.
Vaak bel ik dan mijn goede vriend Pierre en wat hij zegt, begint heel vaak met de vraag: “Ben je gegrond? Heb je je voeten op de vloer?”
Daarna volgt al gauw: “Is je hart open?”
Nee dus, anders had ik dit probleem niet….
“Ben je bereid om je hart meer te openen?”
Dit is dus het moeilijke moment, nou ja vooruit dan, echt van harte gaat het nog niet…. maar oké, ik doe het.
Soms helpt het dan om m’n hand op m’n hart te leggen, door de warmte ontspant het wat….
Dan vraagt hij me vaak of ik innerlijk ‘hallo’ kan zeggen tegen dat wat me pijn doet, een persoon of een gedachte,
‘Hallo’ betekent niet dat je iets goedkeurt, maar wel dat het er mag zijn, en dat die persoon ook een ziel is die z’n best doet, ook al vind je op dat moment van niet.
Het openen van je hart en het kijken vanuit je hart naar de situatie, het ‘hallo’, geeft vaak een wonderbaarlijke verschuiving in je gevoel, het wordt wat zachter, ik krijg andere gedachten, wat objectiever, wat minder ‘kill en attack’, en zo langzamerhand begin ik me weer wat meer mens te voelen.
Als je hart open is, stroomt de spirituele informatie ook weer meer naar je toe, de kosmische hulpbron werkt blijkbaar vooral via een open hart. Ik voel me dan weer verbonden met meZelf en kan weer verder met m’n leven van alledag, wat blijer, met wat meer rust in m’n ziel.
Steeds weer merk ik, dat als ik dat niet heb, ik me nergens gelukkig voel en als ik die rust wel heb, ik heel weinig andere dingen echt nodig heb. Totdat ik het weer vergeet natuurlijk”.
Dit stuk is eerder verschenen in het boek:Ontdekkingsreis Koendalinie-Energie, door Pierjasi , ISBN 90-5179-118-6 blz. 146