De drie Wijzen uit het Oosten

Als vervolg op een aura-reading over de geboorte van Jezus (Kleine Kerstvertelling op deze website), kwam ook de kraamvisite naar voren van de drie Wijzen uit het Oosten (zie figuur).

Figuur: Voorstelling van de drie wijzen uit het Oosten (Konrad van Soest, ca. 1400, schilderij in Evangelische kerk van Bad Wildungen bij Kassel)
 
Focus op één van de Wijzen 
Met aura-reading heb ik één van de Wijzen, degene die uit het toenmalige Egypte kwam, meditatief gevolgd op zijn reis naar Bethlehem. Zijn naam weet ik niet precies en de taal die hij sprak is niet de mijne, maar ik noem hem hier ‘Tra-bin’. Zijn echte naam was waarschijnlijk wat langer maar ik houd het hier maar bij. Die naam betekent ‘De gevleugelde’ oftewel ‘hij die meer weet van de hogere, geestelijke sferen’. Bij de aura-reading heb ik gefocust op de ontmoeting met het kindje Jezus. Op ontmoetingen met Herodes en anderen heb ik me niet gericht. Dit verhaal is niet bedoeld als geschiedschrijving maar als middel om afstemming te krijgen op de ontmoeting van de drie Wijzen met de pasgeboren baby Jezus.
 
Een droom in zijn jeugd

Tra-bin woonde in Egypte en was opperpriester in een plaats die toen ter tijd Memphis heette niet ver van de Nijldelta. Hij was een bijzonder man, niet alleen omdat hij in het centrum van het tempelleven stond en veel contacten met de mensen uit de stad en omgeving onderhield. Ook niet omdat hij alle rituelen van de tempel goed kende maar wat hem bijzonder maakte was dat hij niet alleen het leven op aarde zag maar ook in de wereld boven deze aardse wereld kon kijken. Een geestelijke wereld die toch dit aardse leven doordrong.
 
Eens had Tran-bin een aparte droom gehad in zijn jeugd, een droom die hem altijd bij is gebleven. Hij stond in die droom met een stralend lichtende baby in zijn handen, hij kuste de baby en was zo blij, zó blij, hij voelde zich helemaal gelukkig in zijn droom. Af en toe verlangde hij terug naar die droom, het had een wonderbaarlijke aantrekkingskracht voor hem, maar hij kon het niet plaatsen in zijn leven.
 
Drie dromen
Toen op een nacht, jaren later, droomde hij weer een aparte droom. Hij zag zichzelf voortstappen door de woestijn met een fel stralend licht aan de hemel, als van een ster maar dan veel sterker. Hij werd onrustig wakker want hij had een gevoel dat hij weg moest, maar hij kon moeilijk alles in zijn woonplaats in de steek laten. Iedere keer die dag moest hij aan de droom denken: zou het misschien iets met die oude droom van het baby’tje te maken hebben?
 
De volgende nacht droomde hij weer bijzonder. Opnieuw was daar het licht aan de hemel en weer was hij onderweg maar nu zag hij ook een licht schemeren aan de horizon, daar waar de bestemming was van zijn reis. Ook leek het alsof hij onderweg reisgenoten ontmoette.
Opnieuw werd hij de volgende dag onrustig wakker. Hij voelde het verlangen om op reis te gaan, naar dat licht toe en begon voor zichzelf plannen te maken om zijn werk tijdelijk over te dragen, maar nog was hij niet overtuigd.
 
De derde nacht kwam er weer een droom, nog duidelijker en lichtender dan de vorige twee. Hij zag zichzelf niet alleen reizen met schuin voor zich het bijzondere sterrenlicht maar zag zich ook aankomen in een simpel huisje of beter gezegd, een onderdak. Daar zag hij weer het beeld van een stralende baby en hij voelde zijn hart opengaan. Het leek alsof iets in hem in vervulling wilde gaan.
Toen hij wakker werd de volgende dag stond zijn besluit vast: hij moest vertrekken. Als hij zich afvroeg waar naar toe, hoefde hij zijn ogen maar te sluiten en zag hij de lichtende ster die hem de weg wees. Hij regelde zijn zaken en nam ook een cadeau mee voor het baby’tje. Een geurstof die hem in vervoering kon brengen net zoals zijn dromen hem in vervoering hadden gebracht.
 
Op weg
Hij reist op zijn kameel (of ander lastdier) samen met bedienden en af en toe lopend, van Egypte richting Palestina. In de nacht droomt hij van het licht en overdag hoeft hij maar even de ogen te sluiten om het felle sterrenlicht weer te zien.
Het licht leidt hem steeds verder en op een bepaald moment, in Palestina, moet hij wat meer naar rechts een weg inslaan. Daar ontmoet hij andere reizigers die met hun bedienden op weg zijn. Na wat heen en weer gepraat en gebaren, begrijpen ze van elkaar dat ze alle drie een sterrenlicht zien waar ze achteraan reizen. Het voelt wonderlijk aan voor Tra-bin want hij herinnert zich zijn droom waarin er reisgenoten waren en dit zijn ze dus!
Gezamenlijk bepalen ze nu hun koers en ze zijn daar heel eensgezind over. Ze zien alle drie het wonderlijke licht voor hun geestesoog wat hen leidt.
 
Bij hun volgende overnachting droomt Tra-bin dat ze met z’n drieën voor het licht staan: het baby’tje. Hij beseft dat zijn reisgenoten ook spiritueel hoogontwikkelde mensen zijn die het licht van de hemel komen begroeten, heel bijzonders! De volgende morgen wisselen de drie priesters, want dat zijn ze, met gebaren hun ervaringen uit want ze spreken alle drie andere talen. Weer gaan ze verder. Ze laten nu hun begeleiders achter en gaan met z’n drieën verder op pad. Ieder heeft een geschenk bij zich.
 
Naar de bestemming
Het licht leidt hen verder en blijft dan stil staan boven een primitief huisje op de helling van een heuvel. Tra-bin is verbaasd: is dit het? Maar de andere twee hebben hetzelfde huisje op het oog, ziet hij . Ze lopen naar het huisje, maar als ze dichterbij komen gaat dat vreemd genoeg steeds moeilijker en dat is niet omdat de weg slechter wordt. Het voelt voor hen aan alsof daar iets heel bijzonders en groots is. Ze durven bijna niet verder.
Tra-bin bidt van binnen dat hij de kracht krijgt om verder te gaan, want hij voorvoelt iets heel moois daarbinnen. Hij ziet dat de andere twee ook moeite hebben om verder te gaan en voelt de last van zijn aardse belangrijkheid als lood op hem drukken.
Tra-bin bidt nu met heel zijn hart om kracht en hulp om verder te kunnen gaan en los te komen van de last die hem ineen drukt. Dan ineens lijkt hij steun te krijgen, net als de andere twee. Met zijn drieën lopen ze vol verwachting en ook wat nederig naar het huisje.
 
De ontmoeting
Ze roepen en een man komt naar buiten. Hij vraagt hen wat ze komen doen. Ze tonen hun geschenken en maken duidelijk dat ze op bezoek komen en wijzen naar boven (naar het sterrenlicht). De man kijkt verbaasd en vraagt hen binnen te komen.
Binnen zien ze een vrouw met vlak bij haar een pasgeboren kindje. Als Tra-bin het kindje ziet komt zijn droom van lang geleden tot leven. Hij valt op zijn knieën, buigt naar het kindje en kust het. Zijn hart vult zich met licht en een gevoel of iets heel ouds, oerouds, een belofte van heel, heel, lang geleden in vervulling gaat. Een belofte die niet alleen voor hem maar voor heel de wereld geldt. Ook de andere twee priesters zijn op hun knieën gevallen en stamelen woorden van dank en blijdschap.
Vervuld van licht geeft Tra-bin zijn geschenk aan de moeder die hem verbaasd bedankt, want wie zijn deze mensen?
 
Een gesprek
Tra-bin maakt de ouders van het kindje duidelijk wat er is gebeurd. De vader kan hem verstaan en hoort het verhaal aan van de lichtende ster en dat hij uit Egypte komt.
Ook de verhalen van de andere twee priesters worden zo goed als het kan verteld.
Ze delen het meegenomen eten met elkaar. Iedere keer als Tra-bin met zijn geestesogen kijkt, ziet hij weer het stralende licht van het baby’tje. Het blijft een wonder, zoiets heeft hij nog nooit gezien.
Later die dag vertrekken ze weer. Op de terugweg beseft hij dat het goddelijke op aarde is gekomen en dat hij dat heeft mogen zien. Jaren later zal dat kindje weer bij hem terug komen in Egypte, maar nu als jongeman.
Maar daarover meer in het blog Piramide-Inwijding op deze website.

► Vorig blogbericht: Een aanval in het land van de hunebedden

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *