02 Het bouwen van een mystieke plek: een hunebed

Hoe werden hunebedden eigenlijk gebouwd? Waren de hunebeddenbouwers soms reuzen om dat voor elkaar te krijgen (figuur 1)?

Figuur 1: Werden hunebedden door reuzen gebouwd? (Ets van Gerrit van Goedesbergh uit 1660)

Hunebedden zijn indrukwekkende steenconstructies met dragende stenen, met daar bovenop soms gigantisch zware dekstenen en er omheen omlijstende kransstenen. Op enkele meters of tientallen meters afstand staan nog meer ‘losse’ stenen.  Onzichtbaar in de grond nog kleinere stenen en in het hunebed een vloer van keien.

Hunebed als mystieke plek

Bij mijn metafysisch onderzoek door middel van aura-reading naar het gebruik van hunebedden in de prehistorie (3500 – 2800 jaar voor Christus in Duitsland) kwamen steeds opnieuw beelden van een mystiek, religieus gebruik naar voren en niet als begraafplaats. Een gebruik waarbij ‘goden’ werden geraadpleegd over problemen waar een stam mee te maken had. De antwoorden kwamen via een priester die in het hunebed in trance ging en uittrad om contact te maken met zijn ‘goden’. De antwoorden van deze ‘goden’ waren voor de stam van het grootste belang en werden heel serieus genomen.  Om meer te weten te komen over hoe de hunebedden gebouwd werden heb ik daar door middel van aurareading een beeld van proberen te krijgen. Daarbij heb ik me gefocust op het Helmichsteine hunebed (zie figuur 2) waarover al eerder in dit blog (‘Een blik in het verleden van een hunebed’) geschreven is.

Figuur 2: De Helmichsteine hunebed (Wallenhorst (Rulle), Duitsland)

Energieplekken detecteren

De priesters onder wiens leiding het hunebed gebouwd werd, gingen eerst het gebied checken op (metafysische) energieplekken in de aarde. Helderziend zagen ze de blauwige en  violette energieplekken, die samenhingen met de soorten aardlagen in de grond en onderaardse waterstromen. Ze bekeken welke energieplekken verder geactiveerd konden worden. De energie ervan kon dan gericht worden op een centrale plek waar het hunebed zou moeten komen. Een geheel plan voor het hunebed en de omlijsting daarvan werd gemaakt.

 

Stenen zoeken

In de omgeving werd een zoektocht gemaakt naar geschikte stenen onder de grote zwerfstenen, die overgebleven waren na de laatste ijstijd. Die moesten vervolgens door de mannen van de stam naar de centrale plek toe gesleept worden, mogelijk rollend op boomstammetjes en begeleid door ritmisch gezang. De priesters verzamelden ook kleinere stenen, die ze zorgvuldig uitzochten.

 

Versterking energieplekken

Op de bouwplek voor het hunebed werden gaten in de bodem gegraven, gericht op energieplekken dieper in de aarde. Daar werden de kleinere stenen (waarschijnlijk kristallijn samengesteld) die de priesters verzameld hadden, boven elkaar ingebracht. Die hadden een versterkend effect op de metafysische energieplek. De energie ervan begon als een onzichtbare fontein uit de grond te komen. Nog meer gaten werden gegraven, zodat in een breed gebied energieën versterkt werden, waardoor het gebied waar het hunebed moest komen, geactiveerd werd. Ook plekken met energie op enige afstand van het hunebed werden zo geactiveerd. Stenen werden op zo’n manier in de grond  geplaatst, dat de aarde energie op een dieper niveau werd versterkt en meer naar de oppervlakte werd gestuurd, richting hunebed. Die gingen bijdragen aan het totaal van het energieveld, ook rondom het hunebed. Met stenen als een soort piketpaaltjes werd aangegeven waar de verschillende stenen van het hunebed geplaatst moesten worden. De ‘bouwpriester’ had een mentaal beeld van het hunebed inclusief de energiestromen welke er naartoe en doorheen zouden  moeten gaan.

 

Plaatsing van de stenen

Toen werden de eerste stenen op hun plaats gebracht. Die werden zo gezet dat de versterkte energie die uit de grond kwam, vervolgens door die stenen ging stromen. Nog meer stenen volgden, waarbij de stenen heel precies maar ook goed stevig werden neergezet, zodat ze energetisch één geheel gingen vormen. Een eerste deksteen werd op de dragende stenen aangebracht en wel zodanig, dat de energie hier doorheen ging stromen en een energieveld met de dragende stenen ging vormen. Andere dekstenen volgden en samen vormden ze een soort ‘energiecocon’.

Creëren energieplekken in het hunebed

Er moest zorgvuldig gewerkt worden, zodat er één of meer plekken in het hunebed kwamen met een geconcentreerde energie. Die plekken zijn in hunebedden waar niet in is gegraven nog te voelen. Ze zijn bedoeld om er een tranceplek voor de priesters van te maken. De stenen werden zeer zorgvuldig gericht en geschoven zodat de energieplekken precies goed werden ingesteld. 

Figuur 3: Hunebed met dekheuvel (Denghoog in Sleeswijk-Holstein, Duitsland)

Het hunebed werd omlijst met kransstenen die zorgden voor een extra omlijstende energiekoepel. Het geheel werd één grote krachtige energiecocon. De ruimten tussen de stenen werd nu zorgvuldig dichtgemaakt (met kleinere stopstenen en klei met mogelijk andere materialen daarin), waarna hierover een laag aarde kwam, de dekheuvel (zie figuur 3). De stenen op de energieplekken op enige afstand van het hunebed werden eventueel iets verschoven (‘fine tuning’) om de energiestroom naar het hunebed te optimaliseren. Ook werd met keien een stenen vloer gelegd in het hunebed. Door de stenen vloer werd de metafysische energie in een laag van 20 á 30 cm erboven, stabieler gemaakt.

 

De eerste trance bijeenkomst

Langzaam naderde de voltooiing  en kon het hunebed in gebruik worden genomen. Daartoe gingen de priester, die in trance moest komen op kruiden kauwen, die een speciale uitwerking op hem hadden, waardoor hij beter kon uittreden. De eerste keer werd na uittreding het geestelijk lichaam van deze trancepriester opgetrokken in het licht door stralende spirituele gidsen van de eerste lichtsfeer (lichtende spirituele helpers of engelen genaamd, mensen die zich in het hiernamaals na hun aardse reïncarnatiecyclus verder geestelijk ontwikkeld hadden tot lichtende geesten). Hier kreeg hij instructies over hoe een priester van dit hunebed zich moest voorbereiden, zich moest instellen op de vraag voor de ‘goden’ door tot een staat van onbevooroordeelde ontvankelijkheid te komen en hoe hij of zij zich op het innerlijk, geestelijk licht moest instellen. Ook werden nog een paar aanwijzingen gegeven om door de middel van de stenen de energie in het hunebed nog verder te optimaliseren. Teruggekomen in zijn fysieke lichaam bracht de trancepriester dit weer over naar de andere priesters. Deze instructies werden daarna ook gebruikt voor de opleiding van nieuwe priesters.

Die situering van het hunebed in de Oost-West richting was mogelijk van speciale betekenis, omdat dit een voorkeursrichting was voor de priesters bij het in trance gaan. Bij een Noord-Zuid oriëntatie zou dit moeilijker zijn geweest.

 

Antwoorden op vragen

Voor de gemeenschap die hier leefde, was het heel belangrijk om via de priesters van het hunebed toegang tot de eigen ‘goden’ te hebben en hierdoor een gevoel te krijgen van geleid te worden door het goddelijke. Het goddelijke dat ver uitkeek boven de dagelijkse beslommeringen en menselijke beperkingen en met nieuwe oplossingen kon komen, waar men zelf niet op gekomen was. De lichtende geesten werkten overigens niet alleen via de hunebedden door maar ook via dromen en intuïties van mensen. Net zoals vandaag de dag nog steeds gebeurt.

Misschien is het verder interessant te weten dat in Nederlandse hunebedden, voor zover ik weet, nooit beenderen van mensen zijn gevonden. Wel trechterbekers, schalen, bijlen en andere voorwerpen. 

 

Meer informatie

Extra informatie over opgravingen bij de Helmichsteine is hier te vinden. Andere helderziend verkregen verhalen zijn te vinden in dit blog of de rubtiek ‘MijnHunebed‘ van het Hunebedcentrum te Borger..

► Vorig blogbericht: Een blik in het verleden van een hunebed

 

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *