Stap 8 Verslag van een aura-reading zielsverhuizing

Verslag van een aura-reading ‘Zielsverhuizing’

In een aantal stappen van a) tot en met i) staat het verslag van een aura-reading waarbij er specifiek gekeken is naar wat er met de ziel gebeurt na de fysieke dood. De stappen volgen de vragenlijst die je net hebt kunnen invullen. Onderaan staat een link naar specifieke feedback bij de vragen uit deze lijst.

 a) Terugkijken op het leven na afloop daarvan

Voor iemand die ik enige tijd geleden een aura-reading gaf, was het onduidelijk wat er gebeurt tussen twee levens tijdens onze reïncarnatiecyclus. “Blijven we dan een individu of gaan we op in een groter geheel?” vroeg hij zich af. Tijdens de reading had ik het verloop van een vorig leven van mijn readee,  helderziend ‘gelezen’ tot aan het gewelddadige  levenseinde. De geest kwam los van het fysieke lichaam en keek in een flits terug op dat leven (de ‘levensfilm’). De verbinding tussen geest en fysiek lichaam, ook wel het zilveren koord genaamd, gaat oplossen.

Figuur 8.2: De geest, met daarin vervat de ziel, komt los van het fysieke lichaam

“Maar wat gebeurde er daarna?“ vroeg mijn readee zich af. Onderstaand verslag van een aura-reading gaat in op wat er gebeurt tussen twee levens. Dit verslag is op een aantal punten aangevuld met informatie uit andere aura-readingen om het beeld completer te maken.

b) De spirituele slaap en de kernziel

Ik zag dat de geest van deze incarnatie na zijn voortijdige dood nog een tijd halfbewust in een soort tussenbestaan zweefde totdat zijn kosmische tijdstip was aangebroken. Dat wil zeggen het moment van overgaan bij een natuurlijke dood waarbij de geest loskomt van het fysieke lichaam. Bij een normaal overgaan zal de geest het lichaam verlaten en vaak het stralende licht zien van geestelijke begeleiders en mogelijk ook bekenden. Als de ziel op weg is naar een volgende incarnatie volgt een periode van wat ik hier de ‘spirituele slaap’ noem. In deze onbewuste, droomachtige toestand worden de ervaringen van dat leven verwerkt. Tijdens dat verwerkingsproces worden alle energieën van de zeven aura’s en energielichamen stapsgewijs opgenomen door de kernziel. Deze kernziel is een bolvormig gebied bovenop de aura en daar innig mee verbonden (zie figuur 8.3). Deze verwerkingsperiode verschilt sterk per persoon maar kan kort zijn maar ook vele jaren duren.

Figuur 8.3: Kernziel (bolvormig energiegebied) bovenop de aura met daarin een lichtend gebied: je meest innerlijk bron, ook wel de godsvonk genoemd. Onderin de aurawand is in een zachtgroene kleur de aardse polariteit van dit energiegebied te zien: het Aardse Hogere Zelf. Tijdens het verwerkingsproces na een aards leven worden de aardse ervaringen verwerkt en trekt de energie naar de kernziel.

Geleidelijk vindt de verwerkingsactiviteit steeds meer plaats in het centrum van de kernziel en komt er steeds meer rust in de ziel. Het lijkt zelfs of het beeld van de ziel dat ik helderziend waarneem, op een bepaald moment in het zielsverhuizingsproces waziger wordt. Mogelijk is dit wat Jozef Rulof (een bijzonder trance medium uit de eerste helft van de twintigste eeuw) zegt over deze fase in het proces van zielsverhuizing: “U treedt terug in de wereld van voor het begin van het universum, de Albron” (zie Rulof.nl). Met andere woorden: tussen de levens keren we terug naar de Albron, dat wat we  ook “het goddelijke” kunnen noemen, het goddelijke niet als persoon, maar als de bron waaruit alles in dit heelal voortkomt en die onophoudelijk actief is.

c) De aantrekking van de ziel voor een nieuw leven
Dit verwerkingsproces gaat door tot een omkeerpunt bereikt is. Mogelijk het moment dat de toekomstige ouders elkaar ontmoet hebben en dat er een bijzondere ‘klik’ tussen hen is. Dit zijn een man en een vrouw waarmee de ziel doorgaans een band heeft uit vorige levens. Dat kan betekenen dat men wat met elkaar heeft uit te werken, maar ook elkaar wat te bieden heeft. Vanaf dat moment ontwikkelt zich vanuit het binnenste van de ziel, een stralende en uitwaaierende energetische activiteit (zie figuur 8.4). Prachtige waaiers van kleuren ontwikkelen zich rondom het bolvormige zielengebied in verwevenheid met beelden van het toekomstige leven op aarde.

Figuur 8.4:  Impressie van energieconfiguratie voorafgaand aan de conceptie

Dit gaat samen met een proces van aantrekking tussen de man en de vrouw die de toekomstige ouders worden voor de nieuwe incarnatie van de ziel.

d) Vorming levensplan: drie en een halve golf
Het hele toekomstige leven inclusief levensplan (ook wel levens- of zielsmissie genoemd), karma van vorige levens, energie van de toekomstige vader en moeder, plaats in het totaal van de incarnatiecyclus en verwachte ontwikkelingen wordt in drie en een halve golf van energetische activiteit geconcipieerd. In die golven worden de opties voor het nieuwe leven gevormd. Met iedere golf gaat dat uitgebreider en intensiever en wordt dat steeds verder in een levensplan uitgewerkt. Het concipiëringsproces lijkt een zekere parallel te hebben met datgene wat op aarde tussen man en vrouw gebeurt. Wanneer een golf zijn hoogtepunt nadert, wordt het contact tussen de man en de vrouw gevoelsmatig intensiever. De energetische beïnvloeding tussen de ziel en de man en de vrouw wordt bij iedere golf sterker, hun fantasieën over het samen krijgen van een kind kunnen idem dito sterker worden. Opvallend is dat hier een activiteitenpatroon van drieën een halve golf (dus zeven halve golven) plaatsvindt, alsof ook hier een universele wet van creatie zichtbaar wordt waarbij zeven fasen doorlopen worden. Interessant in dit verband is wat Rudolf Steiner, grondlegger van de antroposofie, over het voorgeboortelijk leven opmerkt dat: “Het naar elkaar toe geleid worden van man en vrouw wordt mede bepaald door de geestelijke wereld.” Ook hij geeft dus aan dat het bij de voorgeboortelijke periode niet alleen om de man en de vrouw gaat, maar dat een groter, geestelijk verband hierbij werkzaam is.

e) Energievortex tussen man en vrouw
Helderziend wordt tijdsens de aura-reading een energievortex tussen de kernziel en de man en de vrouw beter voor mij waarneembaar. In figuur 8.3 is linksboven de stralende, bolvormige kernziel van het kind te zien waarmee de ouders een band hebben. Prachtige uitwaaierende, pastelkleurige energievelden vanuit de kernziel vormen een energievortex met de toekomstige moeder en vader. Vanuit de stuitkundalinicentra van beide ouders vormen zich energielijnen die samen een energiekolom (hier niet getekend) vormen die aansluit op deze energievortex en helpt bij het contact van de kernziel met zijn toekomstige ouders.

Deze figuur geeft een impressie van het indrukwekkende gebeuren voorafgaand aan de conceptie. Het schetst, net als bovenstaande beschrijving, de grote lijnen ervan. In individuele gevallen kunnen er allerlei variaties optreden. De ziel van het toekomstig kind dat tijdens een aura-reading in beeld komt, wordt door (Amerikaanse) aura-readers ook wel een ‘baby being’ genoemd.
Voorafgaand aan de conceptie beginnen de energiesystemen van de vrouw, maar ook een beetje bij dat van de man, te veranderen en zich in te stellen op de conceptie. Bij de vrouw wordt een apart energiesysteem actief, oneerbiedig wel de ‘baby-making-machine’ genoemd. Dat systeem maakt het mogelijk dat een zielenverbinding tussen de ziel van het toekomstig kind en het baarmoedergebied van de moeder gemaakt kan worden.

f) Bevruchting
Dan, als er drie concipiëringsgolven geweest zijn en halverwege de vierde golf de man en de vrouw geslachtsgemeenschap hebben, ontwikkelt zich vanuit de vortex een energiekanaal. Daarmee komt bij de vrouw vanaf haar godsvonk tot aan haar eicel een sterke afstemming tot stand met de kernziel van haar toekomstige kind. Ook van de Godsvonk van de vader naar diens zaadcellen komt een momentane afstemming tot stand. Nog voor de daadwerkelijke bevruchting plaats vindt, vinden er door de energievortex intensieve afstemmingsprocessen plaats tussen de energieën van de ziel van het toekomstige kind en de ei- en zaadcel. Interessant is een uitspraak van de eerder genoemde Jozef Rulof dat het geslacht van het kind al voorafgaand aan de feitelijke bevruchting bepaald is!

g) Vorming zilveren koord
Als de ei- en zaadcel zich verenigen wordt bij een aura-reading een lichtende verbinding zichtbaar tussen de bevruchte eicel (zygote genaamd) en de kernziel van het kind. Deze lichtende lijn is een energielijn, waarschijnlijk het ‘zilveren koord’ of het fluïdekoord genaamd, waarmee lichaam en ziel verbonden zijn en die heilig is. De mens die dit koord ooit op een moment moedwillig verbreekt, bij zichzelf of een ander, creëert daarmee een ‘karma’, dat deze persoon zal moeten goed maken en inzien dat hij of zij het anders moet aanpakken in de toekomst.
Heeft de conceptie eenmaal plaatsgevonden dan wordt het energiebeeld van het ‘levensplan’ stabiel en ontwikkelt het embryo zich in verbinding met de kernziel aan de hand van dit energiebeeld. Vanaf het moment van de conceptie stroomt de energie uit de godsvonk in het centrum van de kernziel van het kind, via het zilveren koord naar het zich ontwikkelende embryo (figuur 8.5).

Figuur 8.5: Tijdens de zwangerschap komen vanuit de kernziel van de moeder komen prachtige stromen energie omlaag. De kernziel van het kindje is nauw betrokken bij de kernziel van de moeder.

Ondertussen dalen de zeven zielencentra die gericht zijn op de ontwikkeling van de zeven energielichamen, vanuit de kernziel af in de verbinding tussen kernziel en foetus (zie figuur 8.5).

Figuur 8.6: Foetus met vanuit de kernziel bovenin zeven ingedaalde zielenkernen

Rondom ieder zielencentrum vormt zich in de eerste helft van de zwangerschapsperiode het bijbehorende energielichaam met de aura. Het eerste wordt het etherisch energielichaam gevormd, het tweede het emotionele lichaam enz. Dit tweede zielencentrum is de gevoelsziel die op een diep niveau gelokaliseerd is op een plek op buikniveau.

h) Lichtende energiestromen voor het embryo      
Na de conceptie gaat de godsvonk van de moeder steeds actiever worden. Circa één meter boven de kruin van de moeder zijn het centrum van het de kernziel van het kind en dat van de moeder dicht bij elkaar. Bij haar kernziel wordt een enorme, lichtende energie manifest die als een grote stroom van bovenuit door haar energiesysteem naar het groeiende embryo in haar buik stroomt. De waarneming van deze prachtige stromen lichtende energie behoort voor mij tot de indrukwekkendste beelden die ik bij aura-readingen gezien heb. De moeder komt daardoor in een andere energietoestand, ze is nu in ‘blijde verwachting’. Tegelijkertijd moet haar lichaam zich aanpassen aan deze nieuwe energietoestand wat lichamelijk ongemak kan geven.

i) Indaling van de energielichamen en aura’s
Als halverwege de zwangerschap niet alleen de energielichamen maar ook het Hogere Zelf van het kind en de aurawand gevormd zijn in de verbinding tussen de kernziel van het kind en de vrucht, dalen de zeven energielichamen in de vrucht en worden daarin verankerd met behulp van de kundalini-energie van het kind. Met ieder energielichaam dalen ook de bijbehorende aura’s en energiecentra in. De ontwikkeling van het kind gaat daarna verder totdat aan het eind van de zwangerschap het kindje geboren wordt.
Gedurende ons hele leven zijn de zielencentra actief in ons aanwezig (zie figuur 8.7) en zal de energie van onze godsvonk ons toestromen en ons leven geven.

Figuur 8.7: Vrouw met daarin getekend de zeven zielenniveaus (de gewaarwordingsziel overlapt in de tekening met de gevoelsziel )

Sterker nog, in diepste essentie ‘zijn’ we deze godsvonk, deze levende bron diep in ons. De godsvonk wordt gevoed vanuit de Albron, de bron van alles wat is. Iedereen en alles staat daarmee continu in verbinding.

Einde van de reïncarnatiecyclus
Niet altijd gaat het als hiervoor is geschetst. Als een mens zijn reïncarnatiecyclus heeft voltooid, zal deze mens na de fysieke dood als geest doorgaan in de geestelijke wereld, het hiernamaals. Afhankelijk van zijn innerlijke afstemming zal hij of zij in een lichtende, schemerige of donkere geestelijke sfeer terechtkomen. Daar houdt het niet op, maar zal de mens de kans krijgen zich verder te ontwikkelen. Dat laatste komt naar voren als ik tijdens een aura-reading aan aanwezige lichtende, spirituele gidsen vraag wat te laten zien van hun ontwikkeling na hun laatste leven op aarde. Vaak komen ze na hun aardse leven in een schemerige sfeer aan in de geestelijke wereld van het hiernamaals. Pas na een lange ontwikkelingsweg in deze wereld winnen ze aan innerlijk licht en zijn op een bepaald moment in staat als lichtende gidsen mensen bij te staan.

De tekst en de figuren zijn grotendeels ontleend aan het boek ‘Tocht van de ziel’ van Pierjasi, hoofdstuk 3.

Naar feedback op de vragenlijst van stap 8

Terug naar stap 8: Heeft de ziel met reïncarnatie te maken?

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *