12 Opleiding tot hunebedbouwer (Gasteren, Drenthe)

Staande bij hunebed D10 tussen Gasteren en Oudemolen stelde ik me in voor een aura-reading om te zien of hier nog een bijzonder verhaal uit het verre verleden (ruim 5000 jaar) van deze hunebed was. Ik kreeg beelden van iemand die betrokken was bij de bouw van dit hunebed. ‘Een hunebedbouwer’ ging er door mij heen, eindelijk! Misschien kom ik zo meer te weten over hoe hunebedden gebouwd worden. Hier volgt het verhaal dat stukje bij beetje bij de aura-reading doorkwam.


Hunebed D10 tussen Oudemolen en Gasteren (Drenthe)

Hunebed: plek van geconcentreerde kracht
Yastro, wat ‘boom van een kerel’ betekent, is nog een jongen als hij de hunebedbouwers in actie ziet, vlakbij zijn dorp. Hij is gefascineerd door de mannen die gaten graven, met stenen werken en blijkbaar een plan hebben hoe het hunebed eruit moet zien. Ze noemen dat trouwens geen hunebed maar ‘Praviatoestri’, oftewel ‘de plek van geconcentreerde kracht waar de stem van de goden gehoord wordt’. Af en toe zijn er ook priesters die in hun lange witte mantels met de bouwers overleggen en aanwijzingen geven voor de bouw. Op een dag ziet hij zelfs dat er een vuur is waar de priesters een ceremonie houden. Hij moet wat afstand bewaren, anders kan het contact met de goden verstoord worden.

Meehelpen
Later mag hij helpen stenen sjouwen. Overal in de omgeving zijn kleinere stenen die naar de bouwplaats gesjouwd moeten worden. Iets grotere stenen worden rollend over boomstammetjes vervoerd. Toch moeten die niet te zwaar zijn om vervoerbaar te blijven, zeker als de bodem ongelijk is. Soms gebruiken de bouwers een draagbaar waar ze stenen opstapelen en  daarna naar de bouwplaats dragen. Ook worden stenen wel eens gerold of versleept.
Hij vertelt één van de bouwers dat hij stenen fantastisch vindt. Als hij zich met zijn aandacht op een steen richt, gaat het in zijn voorhoofd ‘trekken’, dan komt daar wat in beweging. Hij krijgt dan het gevoel in die steen te worden opgenomen en daar dan even in te blijven, dat voelt dan heel rustig. Na verloop van tijd lost dat gevoel weer op. De bouwer vindt dit interessant om te horen en stelt er ook vragen over, bijvoorbeeld hoe vaak Yastro die ervaringen heeft gehad. Dat was regelmatig maar nu hij meehelpt met de stenen is het best vaak. En hij vraagt ook hoe het voelt als hij in gedachten in een steen zit: “rustig en eigenlijk best prettig” antwoordt Yastro.  De bouwer overlegt later met zijn medebouwers hierover.

Voor proef in de leer komen
De volgende dag vraagt hij Yastro of hij er wel eens over gedacht heeft bij hen in de leer te komen om hunebedbouwer te worden. Yastro veert op, dat was wel het liefste wat hij wilde! Heimelijk heeft hij er wel eens over gemijmerd maar het bouwen van een hunebed leek hem zo iets groots en machtigs dat hij daar niet voor in aanmerking kwam.
Hij mag beginnen, hoort hij, maar zijn ouders moeten toestemming geven en hij moet eerst voor proef meedoen om te zien of hij voldoende geschikt is. Zijn ouders vinden het een verrassing en een eer dat hij gevraagd is bij de hunebedbouwers in de leer te komen. Ze kunnen hem nog niet volledig missen in zijn vaders werkplaats, maar hij mag wel af en toe een dag meewerken. Als dat goed gaat, zullen ze nieuwe afspraken maken.
 
De eerste opdracht
Yastro mag weer meehelpen met stenen sjouwen, maar moet goed opletten wat voor soort stenen hij uitzoekt. Ook krijgt hij een wonderlijke opdracht. Hij moet zich af en toe concentreren op een steen, zich daarin verplaatsen en goed van binnenuit de buitenrand van de steen voelen. Op die manier kan hij al zijn aandacht in de steen brengen en op een bepaalde manier gevoelsmatig één zijn met die steen. Hij vindt het in het begin wat vreemd, maar na een paar dagen oefenen, gaat het al beter. Het wordt nog leuker als hij het met verschillende soorten stenen, klein en groot, doet. Hoe groter de steen, hoe groter hij zich ook voelt!

Vervolgopdrachten
De hunebedbouwer, die nu zijn leermeester is geworden, geeft hem een vervolgopdracht. Hij moet zich in een steen invoelen en dan proberen zich met steen en al te bewegen. Dat is nog wel lastig, merkte hij, want als hij in gedachten beweegt, doet de steen dan mee of fantaseert hij dat en gebeurt er gewoon niets?
Ieder keer als hij geoefend heeft, moet hij met zijn leermeester hierover van gedachten wisselen. Die wil precies weten welk deel van zijn lichaam hij voelt als hij zich in de steen verplaatst heeft. Als hem dat gemakkelijker afgaat, moet hij iets nieuws doen: in de steen met beide handen van binnenuit op de buitenrand drukken. Dat lijkt hem heel vreemd. Maar hij merkt dat hij de volgende dagen een bijzonder soort kracht opbouwt. Niet alleen met zijn handen maar ook met zijn voeten en de rest van zijn lichaam.
Hij voelt zich gesteund door zijn leermeester, hoewel die hem wel elke keer lastige oefeningen geeft. Maar zonder leermeester zou hij niet zo ver gekomen zijn.
Nu moet hij ook helpen bij grotere stenen om deze te verzetten door met stokken in de grond aan de rand van de steen te wrikken. Dat is lastig en zwaar werk. Sommige stenen zijn zo zwaar dat er geen beweging in te brengen is. Ondertussen gaan de oefeningen door. Nu moet hij zich in een steen verplaatsen en dan voor een deel eruit gaan en met beide armen de steen omvatten en de steen aan het wiebelen brengen. “Weer een gekke oefening” denkt Yastro, “want wie doet nu zoiets?”


Hunebed D10 met de ingang waarschijnlijk tussen de twee linkse staande stenen in de lange zuid zijde

Geheime oefeningen
Zijn leermeester heeft hem trouwens gezegd dat hij alleen met hem over deze oefeningen mag praten en niet met anderen. Die zouden het niet begrijpen of verkeerd gaan toepassen. Dit zijn oefeningen die ze ooit van de goden hebben gekregen, en die moeten heilig en geheim blijven, zodat er geen misbruik komt.
Yastro voelt zich wel bijzonder dat hij deze oefeningen te horen krijgt, maar is ook wat angstig: want wat gebeurt er als hij de verwachtingen van zijn leermeester niet kan waarmaken? Zo is zijn leermeester niet tevreden over de wiebeloefening. Hij vindt dat hij meer moet oefenen. Zijn leermeester test zijn voortgang met een steen waarin Yastro zich moet verplaatsen. Zijn leermeester probeert dan de steen in beweging te krijgen. De oefening is pas geslaagd als zijn leermeester voelt dat hij de steen gemakkelijker kan bewegen. Yastro oefent en oefent, en gaandeweg voelt hij meer kracht in zich als hij zich in de steen verplaatst. Af en toe, als hij de wiebeloefening doet, lijkt het of hij de steen echt in zijn greep krijgt. Zij leermeester wordt al wat positiever: “we gaan zo de goede kant op”. Yastro vat weer moed en oefent door met zijn wilskracht te proberen de steen in zijn greep te krijgen en heen en weer te wiebelen. Als hij na de nodige oefening voelt dat hij de steen in zijn greep heeft gekregen, zegt zijn leermeester dat hij voelt dat de steen bij de test gemakkelijker beweegt. Yastro is trots op zijn vorderingen en krijgt nu ook fantasieën over stenen die hij de lucht in kan gooien, zo sterk zal hij worden!

De beslissende oefening
Weer later komt de beslissende oefening die hij moet doen om echt leerling-hunebedbouwer te worden. Hij moet zich verplaatsen in een steen en dan er deels weer uitgaan en de steen optillen en weer neerzetten. Yastro gaat er meteen mee aan de slag, maar als hij zich verplaatst heeft in de steen lijken zijn voeten en benen slap, hij kan er geen kracht mee zetten. Op aanwijzing van zijn leermeester oefent hij in stapjes door iedere keer te proberen heel even kracht te zetten en die ook te voelen in zijn benen. Langzaam, heel langzaam begint hij wat te voelen, momentjes van kracht in zijn benen. Het valt Yastro op dat als zijn leermeester bij hem is en aanwijzingen geeft, de oefeningen ineens beter gingen! Dat geeft hem nog meer een gevoel van steun en stimuleert hem

Leerling worden
De leermeester gaat niet over één nacht ijs want Yastro is intussen al maanden bezig met de oefeningen. Op een dag komt zijn leermeester met twee andere bouwers langs en moet hij laten zien wat hij kan bij een steen. Terwijl hij zich in de steen verplaatst en die probeert energetisch op te tillen, wrikken en duwen de bouwers eraan. Ze kijken eerst wat bedenkelijk, maar na wat onderling overleg krijgt hij toestemming leerling-hunebedbouwer te worden. Met zijn ouders wordt afgesproken dat hij meer dagen mag meehelpen bij de bouwers, maar bij drukte thuis in de werkplaats, moet hij komen helpen.

Energieplekken maken
Het leren wordt nu een stuk intensiever. Ook moet hij leren hoe energieplekken te maken die nodig zijn om de stenen daarop te plaatsen. Het voelen van energieplekken en -stromen wordt geoefend (mogelijk met behulp van een wichelroede) en hoe die stromen door plaatsing van stenen in de grond te beïnvloeden zijn.

Tekening van een wichelroede

De oefeningen met het zich verplaatsen in een steen worden nog belangrijker. Hij moet met grotere stenen gaan oefenen en zoveel kracht zetten dat hij in gedachten de steen kan verplaatsen. Zijn  leermeester helpt hem erbij en moedigt aan want dit is knap lastig. Nu leert hij ook meer om zijn innerlijke ogen te gebruiken. Hij moet leren zich een energiebeeld van een steen te vormen en dat beeld te verplaatsen naar een andere plek. Daarbij moet rekening worden gehouden met de energiestromen bij die plek zodat de te plaatsen steen goed daarop zal aansluiten.

Het wonder
Maar het grote wonder komt later, veel later, na meer dan een jaar oefenen. Op een keer moet hij samen met zijn leermeester zich op een steen concentreren en er gevoelsmatig één mee worden. Nu zijn leermeester helpt, gebeurde er iets wonderlijks. Terwijl hij zich concentreert, voelt hij hoe hij gevoelsmatig op een steeds dieper niveau één wordt met de steen. Het geeft hem een overweldigend gevoel wat hij niet zonder leermeester had weten te bereiken en waarschijnlijk niet aangedurfd zou hebben, zo sterk is het. Dan komt er een moment van transparantie, alsof de steen heel licht is geworden, vederlicht. De steen kan nu moeiteloos verplaatst worden door de lucht en heel precies geplaatst worden op twee andere stenen van het hunebed. Hij ziet even alle stenen als transparant. Daarna volgt een omgekeerd proces en moet hij met zijn aandacht al zijn energie terugtrekken uit de steen zodat hij weer het gevoel heeft zichzelf te zijn. Ook is hij stomverbaasd en heel blij dat dit wonder gelukt is, maar hij moet wel met zijn lichaam heftig bewegen om dit te kunnen verwerken. “Goed stampen,” zegt zijn leermeester, “goed stampen, dan kom je weer helemaal hier terug!” Nog dagen daarna moet zijn lichaam wennen aan deze bijzondere ervaring
Bij deze steenverplaatsing mogen er geen mensen in de weg lopen. Kijkers worden op afstand gehouden, liefst uit het zicht. Het werken met grote stenen moet in alle rust gebeuren om zo de benodigde concentratie vast te houden en voldoende nauwkeurig te kunnen werken.
Meer oefeningen volgen en zo verplaatsen ze zelfs met zijn drieën tegelijk een steen. Yastro voelt dat hij hierin nog krachtiger moet worden, zodat hij ook alleen een steen kan verplaatsen. Later leert hij met priesters samen te werken. Zij sturen de energiestromen door het hunebed, helpen bij de selectie van de stenen en geven ook aan welke vormen van stenen waar in het hunebed nodig zijn. Zij willen een optimale energieconcentratie in het hunebed met de kransstenen als buitenste energieomhulsel. Ook energetisch geactiveerde stenen worden op grotere afstand (tientallen meters) op het hunebed gericht om die krachtiger te maken. Veel leert hij nog en oefent hij totdat hij uiteindelijk in  staat is geheel alleen een zware steen te verplaatsen.

De laatste proef
Zijn  laatste proef is op een speciale bijeenkomst van hunebedbouwers en priesters. Hier moet hij laten zien dat hij alleen, zonder hulp dus, een grote steen kan verplaatsen en die energetisch en fysiek goed kan plaatsen. Ook moet hij stenen in de grond energetisch beïnvloeden zodat ze een betere energiestroom veroorzaken. Tenslotte moet hij bij een ovale cirkel van stenen deze zo kunnen instellen dat er in het midden een energiepunt ontstaat. Een punt dat essentieel is voor de priesters. Dat was het moeilijkste, want de stenen moeten met allerlei hulpmiddelen fysiek bijgesteld worden, maar ze moeten ook energetisch aan energiestromen worden gekoppeld. Toch lukt het hem om dit voor elkaar te krijgen.

De goden spreken
Als het avond is en er een vuur is gemaakt in de kring van hunebedbouwers en priesters, moet hij in deze kring treden, gaan liggen en zijn ogen sluiten. Het wordt niet donker als hij dit doet, maar hij ziet voor zich de transparante stenen van een hunebed. Energiestromen komen vanuit de aarde door de stenen, maar gaan er ook bovenuit. Hij ziet zichzelf middenin het hunebed komen bij een sterk energiepunt en voelt zich omhoog gaan, lichter en lichter wordt het om hem heen, tot hij een lichtend landschap begint te ontwaren met hier en daar transparante, lichtende stenen. Een figuur van stralend licht verschijnt voor hem, wat heel prettig en vertrouwd aanvoelt. Hij ‘weet’ dat dit één van de goden is uit het lichtende godenrijk voorbij de aarde. “Wil je voor ons werken?” hoort hij en antwoordt: “Niets liever dan dat. Ik voel dat het mijn missie is deze plekken van licht, de hunebedden, te maken, zodat mensen het goddelijk licht deelachtig kunnen worden.“ Nog een vraag hoort hij: “Zul je het licht dat de goden in je hebben ontstoken, laten schijnen op anderen?”
Yastro: “De goden hebben mij gezegend met deze vermogens en dit licht. Het is mijn taak, die ik op me wil nemen, dit door te geven, zodat   meer licht op aarde gaat schijnen”. “Hier” zegt de lichtende figuur, “je krijgt de zegening van de goden”. Hij voelt en ziet dat van bovenaf een brede straal licht door hem heen  gaat. Hij weet dat hij gezegend wordt en gaat doen waarvoor hij werkelijk gekomen is.


Het hunebed D10 met de centrale energieplek onder de rechtse deksteen

Gewijde gezangen
De gewijde gezangen van de hunebedbouwers en priesters beginnen weer tot hem door te dringen “Ik ben een hunebedbouwer!” gaat het door hem heen, “eindelijk, ik heb het bereikt!” Als hij weer in de kring zijn ogen opent en wat is bijgekomen van zijn indrukwekkende ervaring, deelt hij het visioen dat hij gekregen heeft. De opperbouwmeester heet hem welkom in de kring: “Je bent één van de onzen geworden. Alles zullen we delen, maar ook zullen we onze kennis beschermen tegen misbruik. Dit is heilige kennis die de goden ons hebben toevertrouwd. Dankzij hen kunnen deze zegeningen van de hunebedden op aarde komen. Laten we ons verenigen in zang.” Het lied van het licht dat omhoog gaat en weer terugkomt, wordt gezongen. En meer nog wordt uitgewisseld. Een feestmaal volgt en Yastro is nog dagen, ja wekenlang vervuld met een blijheid en geluksgevoel dat hij nog niet eerder heeft gehad. Als hunebedbouwer wordt hij met de andere bouwers regelmatig gevraagd een hunebed te bouwen. Uiteindelijk kom hij zo vanuit hert huidige Duitsland in het huidige Drenthe en bouwt mee aan het Gasteren hunebed, D10. Ook enkele andere hunebedden in Drenthe helpt hij mee bouwen.

Naschrift 1: enige aarzeling
Het is met enige aarzeling dat ik dit verhaal op deze website zet, want het klinkt wel heel bijzonder. Door middel van innerlijke krachten zou het de hunebedbouwers gelukt zijn om grote stenen  te verplaatsen. Stenen die praktisch onmogelijk door een mens of een groep mensen zijn op te tillen, laat staan te vervoeren over grotere afstanden. En toch is dat wat uit de aura-reading naar voren komt. Om mijn eigen terughoudendheid te overwinnen, heb ik geprobeerd de opleiding van een leerling hunebedbouwer in stappen te volgen. Dat geeft in ieder geval een beeld hoe het vermogen om grote stenen te verplaatsen werd ontwikkeld bij een getalenteerde leerling.

Naschrift 2: de levensmissie van een hunebedbouwer
Yastro werd geboren met een bepaald talent, want niet iedereen is geschikt voor hunebedbouwer, integendeel. Net als in  de huidige tijd niet iedereen geschikt is om goede computerprogramma’s en apps te maken of met succes een internetonderneming op te richten. Als ik als aura-reader probeer een indruk te krijgen van zijn levensmissie, krijg ik het volgende: met zijn (metafysische) vermogens te helpen plekken te creëren waar de goden en mensen bewust met elkaar contact kunnen krijgen. Maar wie zijn deze ‘goden’? Veel aurareaders en -healers zijn enigszins vertrouwd met spirituele gidsen, engelen of healing helpers. Als ik ze bij een aura-reading te zien krijg als prettig, lichtende figuren en me erop richt, zie ik dat het allemaal mensen zijn die ooit op aarde geleefd hebben. Ze hebben hun reïncarnatiecyclus afgerond, dat betekent dat ze allerlei aspecten van het aardse leven, rassen en volkeren hebben doorleefd. Na hun laatste leven kwamen ze in de geestelijke wereld terecht. Afhankelijk van hun morele niveau en daden op aarde is dat een meer of minder lichtende wereld. Daar kunnen ze hun ontwikkeling voortzetten en een geest van licht worden. Juist deze mensen kunnen de aardse mens bijstaan in zijn ontwikkeling via de weg van inspiratie, healing en intuïtie. Ik heb de stellige indruk dat juist deze mensen duizenden jaren geleden goden genoemd werden. Later is het beeld van deze ‘goden’ naar menselijke behoefte omgevormd naar het beeld van aardse helden, inclusief wapens en strijdhelmen en met bijzondere verhalen van hun heldendaden.

Meer informatie
Meer verhalen over het verleden van hunebedden die door middel van aura-reading zijn verkregen, zijn te vinden in de rubriek ‘Mijnhunebed’ van het Hunebedcentrum te Borger en op deze website.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *