11 Opleiding tot priesteres van een hunebed in de prehistorie (D8, Anloo, Drenthe)

Bij dit hunebed aangekomen, tijdens onze eerste dag in Drenthe, zie ik dat hij bestaat uit steunende stenen met vier dekstenen wat een redelijk complete indruk maakt. Wel ontbreken de kransstenen en de dekheuvel, en ook van de stenen bij de ingang is niet veel meer over.

Hunebed D8 van de opleiding tot priesteres

“Wat voor verhaal zou dit hunebed kunnen brengen?” vroeg ik me af. Ik ga me eerst helderziend instellen op de energie ervan.   Van beneden uit de aarde zie ik een stroom komen en van boven het hunebed uitwaaieren. Het hunebed zat in een energetische bubbel tot waar ooit de kransstenen hebben gezeten. Oorspronkelijk, zo’n 5000 jaar geleden, was de energie van het complete hunebed veel intensiever. Ze was sterk voelbaar op zeker tien meter afstand en, als je daar gevoelig voor was, zelfs op dertig tot veertig meter afstand.

Bloeiende Campanula in de buurt van hunebed D8 (Anloo, Drenthe)

De priesteressen van dit hunebed woonden in de buurt, maar toch op zekere afstand. Mogelijk wel honderd meter of meer verderop. Misschien wel waar in juli de Campanula bloeit (zie foto)!. Anders zouden ze te dicht bij de energie-uitstraling van het hunebed wonen, wat niet prettig was. Ik krijg bij deze aura-reading beelden van een opleiding tot priesteres.

Als kind al opgevallen
Jonge vrouwen werden geselecteerd om priesteres te mogen worden vanwege hun talenten zoals geestelijk zien, aanvoelen en intuïtieve vermogens. Vaak waren ze als kind al opgevallen door dingen die ze zeiden. Jestri, wat betekent ‘witte bloem van het woud’, was zo’n meisje.
Als klein kind zei Jestri al wonderlijke dingen. Op een dag riep ze naar haar moeder die in huis aan het werk was: “Kom, naar broertje, kom naar broertje!”. Moeder riep terug dat ze nu geen tijd had en dat ze verder moest spelen. Maar de kleine Jestri riep opnieuw “Kom, naar broertje!” Ze trok aan haar moeders rok die zuchtend toegaf: “Nu vooruit dan maar! Wat is er toch?” Jestri trok haar moeder mee naar buiten naar de voorraadschuur en onderweg realiseerde haar moeder zich dat ze haar zoontje al een tijd niet gezien had. Toen ze de schuur binnenkwam, zag ze waarom. Haar zoontje hing verstrikt in zijn kleren aan een opstaande staak in de schuur en zijn gezicht was blauw geworden. Hij zat al een tijd vast, maar durfde niet te roepen uit angst voor straf, want hij mocht helemaal niet in de schuur komen.
Moeder schrok: “Gauw, gauw, je moet er vanaf komen” riep ze. Maar toen zag ze  dat hij dat niet op eigen kracht kon. Ze haalde snel de trap, maakte zijn kleren los van de staak, haalde hem er af en droeg hem naar beneden. Op de grond zakte hij eerst nog door zijn benen, maar dat trok even later bij. Ze was opgelucht dat hij ervan af was, maar ook boos dat hij in de voorraadschuur was gekropen. Ze gaf Jestri een aai over haar hoofd: “Dank je lieverd dat je je broertje zo goed geholpen hebt.” Pas later realiseerde ze zich dat Jestri helemaal het huis niet uit was geweest voordat ze begon te roepen. Wat wonderlijk dat ze toch was gaan roepen!

De werking van kruiden leren
Na een inwijding om leerling te mogen worden, hoorde Jestri bij de leerlingengroep van het hunebed. Ze ging nu meelopen met een ervaren priesters om het vak te leren: zelf kruiden uittesten en de werking ervan bespreken, kruidenwerking en gebruik uitleggen en daarbij overtuigend kunnen zijn,  hoe met mensen om te gaan die advies komen vragen, intuïtieve vermogens trainen met oefeningen voor de innerlijke ogen (derde oog), de innerlijke reuk (belangrijk voor de kruiden) en de innerlijke oren (derde oor).
Het leren van de werking van kruiden ging heel praktisch. Jestri moest niet alleen de kruiden goed bekijken en zien waar ze groeiden, maar ze ook op zichzelf uittesten. Op een keer moest ze van haar leermeesteres de zaden van een hoog groeiend kruid eten. Die smaakten niet lekker, maar wat echt vervelend was, dat ze zich hierna steeds misselijker en beroerder ging voelen. Haar leermeesteres bleef bij haar en ze moest iedere keer vertellen wat ze voelde, totdat ze begon over te geven en niet zo’n klein beetje ook. Nadat ze had overgegeven moest ze bijkomen en tot haar verbazing voelde ze zich even later niet alleen een stuk beter, maar voelde ze ook een tinteling door haar hele lichaam gaan.
“Altijd als iemand iets verkeerds gegeten heeft” onderwees haar leermeesteres, “kun je deze zaden geven. Iemand spuugt dan alle voedsel en dus ook de verkeerde dingen weer uit. Het kruid werkt ook zuiverend, dat is de tinteling die je voelde. Maar kijk uit, laat iemand niet teveel zaden eten want dan wordt het overgeven te heftig.” Even later kreeg Jestri weer honger en was ze blij dat ze lekker wat kon eten.


Hunebed D8 (Anloo, Drenthe)

De magische vlucht
Op een bepaald moment tijdens hun opleiding moesten de leerlingen uittreding uit het fysieke lichaam oefenen met behulp van roesverwekkende kruidenmengsels. Hier een verslag van Jestri’s eerste ervaring hiermee.
Jestri was wat zenuwachtig want vandaag zou ze beginnen met de magische vlucht. Dan trad ze uit haar lichaam om in de magische energiewereld te komen. Een wereld niet zonder gevaar want magiërs met grote krachten konden daar actief zijn en proberen macht over haar te krijgen. Zonder de toestemming en bescherming van haar leermeesteres mocht ze daar niet aan beginnen.
’s Avonds was het zover en zaten ze in het hunebed. Haar leermeesteres gaf haar instructies over hoe ze zich op haar eigen gedachten moest concentreren en de band met haar leermeesteres moest voelen. Nooit mocht ze ingaan op verleidelijke stemmen als ze die hoorde, maar moest ze zich actief daarvoor afsluiten.
Haar leermeesteres Salmachenka, oftewel ‘zij die het licht in haar hart heeft’, kortaf Salma, gaf haar uit een stenen flesje wat druppels die ze met wat water mocht doorslikken. Het smaakte bitter. Jestri voelde geen werking van de druppels. Ze had eigenlijk verwacht dat er iets magisch zou gebeuren, dat ze ineens in een magische wereld terecht zou komen waar ze kon rondvliegen.
Haar leermeesteres Salma gaf haar nogmaals een paar druppels en verdere aanwijzingen voor als ze ging uittreden. Ze merkte nu dat het haar moeite kostte haar aandacht bij Salma’s woorden te houden. Haar stem leek af en toe zachter te worden en ze betrapte zich erop dat ze de neiging kreeg in slaap te vallen. “Blijf wakker!” hoorde ze Salma zeggen, “concentreer je op je hand, blijf die voelen!” Ze deed haar best, maar kon nauwelijks haar hand voelen. Ze moest zich enorm ervoor inspannen. “Voel je ademhaling” hoorde ze, en jawel, heel zachtjes voelde ze haar ademhaling.
“Knipper met je ogen!” hoorde ze , maar dat lukte niet goed. “Kijk naar mijn hand” hoorde ze en toen zag ze vaag de hand van haar leermeesteres, alsof die uit een mist opdoemde. “Kijk hoe ik mijn hand beweeg!” hoorde ze als van verre en jawel, ze ziet dat de hand bewoog of eigenlijk wat van vorm veranderde. “Ga nu weer terug in je lijf!” hoorde ze, “en voel je ademhaling” Zacht voelde ze een hand op haar buik en ze werd zich bewust van haar ademhaling. Langzaam, heel langzaam werd ze weer wakker en voelde dufheid in haar hoofd. “Beweeg je vingers” hoorde ze Salma zeggen en met enige moeite lukte het haar. Stap voor stap kwam ze uit haar trance-achtige droomtoestand. Pas later besefte ze dat ze echt wat was uitgetreden en dat ze toen de hand van Salma in die toestand had waargenomen.

Aanpak van probleem met agressieve man
Na weken en maanden oefenen was ze in staat bewust buiten haar fysieke lichaam te zijn. Wel onder de strakke begeleiding van Salma die haar ook begeleidde bij haar eerste magische vlucht om voor een cliënte van Salma een energetische actie te ondernemen.
Ze ging nu voor het eerst met haar leermeesteres een uittredingsvlucht maken. Een cliënt van Salma had problemen met een opdringerige, agressieve man waardoor ze zich ernstig bedreigd voelde. Jestri en Salma wisten welke man het betrof en hoe ernstig het probleem was. Van te voren kreeg Jestri instructies: ze moest de energetische band met haar leermeesteres voortdurend in haar bewustzijn houden, goed waarnemen welke beelden ze kreeg en als ze een signaal daarvoor kreeg, samen met Salma weer terug moest gaan in haar fysieke lichaam.
Het uittreden ging nu een stuk beter dan de eerste keer. Ze kon, zij het met enige moeite, de neiging om te slapen weerstaan en bevond zich na het uittreden met haar energielichaam boven haar fysieke lichaam. Daar bleef ze met een brede band mee verbonden. Ze zag ook een lichtlijn lopen van zichzelf naar een vage wolk verderop waarvan ze wist dat dat Salma was. Ze focuste op deze verbindingslijn en op Salma’s uittredingslichaam, en voelde dat ze zich verplaatste. Toen begonnen beelden te komen van een andere energiewolk, de cliënte. Ze zag hoe Salma een beschermingsschild om haar heen weefde, zodat agressieve krachten minder vat op haar zouden hebben. Daarna kwamen beelden van een andere wolk met roodachtige tinten erin van de agressieve man. Salma weefde aan de boven- en aan de onderkant een energiering om die wolk heen. Als de man agressief werd naar de cliënte gingen de ringen naar elkaar toe trekken en dempten ze de agressieve neiging van de man. De ringen werden ook in verbinding gebracht met de cliënte en met Salma, die dan zo nodig op afstand corrigerend kon optreden. Jestri voelde op een bepaald moment dat ze weer terug moesten, en terwijl ze de band met haar leermeesteres in het oog hield, keerde ze terug in haar fysieke lichaam. Langzaam kwam ze bij en later die avond besprak Salma wat er precies gebeurd was en waarom.

Energetische beschermingswal rondom hunebed
Jestri zou nog diverse spirituele technieken leren en ook zelf toepassen. Een van de dingen die ze leerde was het creëren van een energetische beschermingswal rondom het hunebed zodat een uitgetreden geest van een magiër daar buiten bleef. Die wal was ter hoogte van de kransstenen en bestond uit een vervlechting van energieën die door de concentratie van de priesteressen gecreëerd was, waarbij gebruik gemaakt werd van de energieën van het hunebed.
Ook leerden de leerlingen om zich te zuiveren van aangeplakte, storende energieën. De leerlingen moesten door zuivering van hun aura en energielichaam en het versterken daarvan, steeds meer bewustzijn van hun eigen energiesysteem en spirituele mogelijkheden krijgen. Ze werden daardoor ook minder beïnvloedbaar voor storende energie-acties van anderen.

Meditatie op het licht van de goden
Nadat Jestri had geleerd uit te treden volgde de moeilijkste fase: tijdens een uitreding contact maken met de lichtende goden. Daartoe moest ze zich door middel van meditatie op die goden gaan richten, de goddelijke helpers van het licht. Op die manier zou haar hart zich steeds meer op het goede en lichtende gaan richten en zou ze steeds minder zelfzuchtig worden. Of in ieder geval die neiging onder controle kunnen houden. Dan zou ze uiteindelijk contact met de lichtende goden kunnen krijgen en hen om adviezen kunnen vragen voor mensen die in nood waren en bij de priesteressen voor hulp kwamen.
Jestri oefende en oefende met deze meditatie, maar raakte steeds meer gefrustreerd: “’t Lukt me niet” dacht ze wanhopig, “houden de goden niet van me? Willen ze me verstoten? Waarom lukt het anderen wel, maar mij niet?” Haar leermeesteres was streng voor haar: “Je hebt je niet voldoende op je hart gericht! Je bent teveel met jezelf bezig!” en helpend: “Ga er nu eens rustig voor zitten en zoek die warme, lichte plek in het midden van je hart op. Denk dan aan een lichtende godheid. Een stralende figuur waar je helemaal blij van wordt en waardoor je je wat opgetild voelt. Dan zal op een zeker moment je wens vervuld worden”.
Door de aanwijzingen van haar leermeesteres kreeg Jestri weer wat moed, want het voelde voor haar alsof ergens iets in haar resoneerde door die woorden, iets heel liefs en heel diep. Toch wilde het nog niet lukken, maar wel voelde ze hoe ze vorderde, dat ze meer met een glimlach naar andere mensen kon kijken en zich minder druk over hen maakte.

Een vrouw in nood
Op een dag aan het eind van de middag komt haar leermeesteres met een huilende vrouw bij het hunebed. Dat werd toen een Praviatoestri genoemd: ‘plek van geconcentreerde kracht waar de stem van de goden gehoord wordt’. Haar leermeesteres zei: “Luister goed Jestri naar deze vrouw, ze is in nood!” De vrouw vertelde in tranen hoe ze ‘s middags ineens door heftige pijnen in haar linkerzij getroffen werd. Ze kon bijna niet meer ademhalen en verkrampte af en toe van de pijn. Ze kon niet meer goed voor haar kinderen en man zorgen, geen eten meer maken en leed vreselijk. Jestri hoorde de vrouw aan die af en toe in elkaar kromp door een pijnscheut. Ze vroeg waar het precies pijn deed en of ze daar al eerder last van gehad had (‘een beetje’). Of zitten of liggen hielp ( ‘bij krom staan iets beter, maar dat kan ik niet lang volhouden’).


Stenen flesje opgegraven bij een hunebed in Drenthe (tentoongesteld in het Hunebedcentrum te Borger) [tekening ‘under construction’]

De vrouw moest buiten het hunebed wachten en kreeg van haar leermeesteres een paar druppels uit een stenen flesje om haar te kalmeren. “Kom Jestri,” zei de leermeesteres, “we gaan samen in trance.” Jestri begreep dat het heel serieus was nu ze samen met haar leermeesteres in trance zou gaan. Twee begeleidsters werden erbij geroepen om voor de nodige energetische afscherming te zorgen. Jestri en haar leermeesteres gingen nu kruiden slikken om in trance te komen. Ze begonnen zachtjes het aanroepingslied voor de goden te zingen: “O heilige godheid, hij die in het lichtende hemelrijk leeft en alle kennis over hemel en aarde heeft. Hij die de mens welgevallig is en advies en heling geeft voor de ongelukkigen, de gekwetsten en zij die in nood zijn. Laat uw zegen op hen neerdalen en hen verheffen, blij en weer gezond maken. Onze dankbaarheid zal groot zijn, de lichtende geuren van brandoffers zullen naar de hemel stijgen. Ons eerbetoon voor de goden van de lichtende wereld.”
Jestri voelde zich slaperig worden ten teken van de doorwerking van de kruiden. Maar ze wist dat ze bewust moest blijven, anders zou ze geen contact met de goden kunnen maken. Ze voelde op de een of andere manier hoe haar leermeesteres die naast haar lag, haar hielp om gefocust te blijven. En dan ineens voelde ze hoe ze zweefde in een wazige wereld, niet onaangenaam, maar ook ongedefinieerd. Ze moest aan de vrouw denken en haar hulpvraag en voelde van binnen haar nood en ook de wil om voor deze vrouw raad en advies te ontvangen.

Het contact met de goden
Ineens tekende zich iets af in de waas die om haar heen was. Iets werd zichtbaar, alleen kon ze niet goed zien wat, maar het voelde goed voor haar. In gedachten vroeg ze aan dat ‘íets’ om hulp voor de vrouw, want ze heeft het echt nodig! Het beeld veranderde iets en ze kreeg in een flits beelden over hoe ze de vrouw door massage en handoplegging weer wat rust konden geven. Dan een meer indringende massage die pijnlijk zou zijn voor de vrouw, maar waarmee de pijnlijke plek weer meer ging doorstromen. Vervolgens een energetische healing in het energetisch donkere gebied in haar lijf zodat dat lichter werd. Vervolgens moest de vrouw een kruidenwater drinken om het genezingsproces te bevorderen. Daarna moest de vrouw bepaalde bessen eten. Bessen die reinigend zouden werken op haar spijsverteringssysteem. Ze moest vannacht bij de priesteressen blijven en zo nodig moest de behandeling herhaald worden. Ook werden instructies voor de volgende dag gegeven over wat in welke volgorde te eten en te drinken.
De beelden hielden op en Jestri voelde de steun van haar leermeesteres, terwijl ze langzaam terugkeerde naar haar lijf. Ze kwam bij en voelde zich door de trancekruiden nog duf met een katergevoel, maar hoorde de begeleiders vragen wat de boodschap van de goden was. “Goden?” mompelde Jestri verbaasd, maar toen realiseerde ze zich wat voor bijzondere boodschap ze gekregen had en met veel moeite en hulp van de begeleidsters wist ze de boodschap voor de goden te vertellen. De begeleidsters schenen het precies te begrijpen wat ze zei en vroegen nog door naar details. Haar leermeesteres was nu ook bijgekomen en ze voelde hoe die haar omarmde en zoende: “De goden hebben je lief, Jestri, ze hebben je laten zien wat de vrouw nodig heeft om te genezen. Je eerste contact is gelegd. Jestri voelde zich ondanks haar dufheid helemaal warm worden van binnen: “Zou het dan toch gelukt zijn?” vroeg ze zich nog aarzelend af. Terwijl ze even later aan de slag gingen met de behandeling van de vrouw begon het tot haar door te dringen dat ze werkelijk een bijzondere bericht van de goden had gekregen al was dat anders dan ze zich oorspronkelijk had voorgesteld.
De dagen erna krabbelde de vrouw weer op. Ze moest nog weken heel voorzichtig blijven met eten en lichamelijk inspannend werk. Ook daarna mocht ze bepaalde dingen niet meer eten en af en toe zelfmassages doen bij haar borst en buikgebied. De vrouw was erg dankbaar, ze had het gevoel alsof de behandeling haar leven gered had.
Vanaf nu mocht Jestri regelmatig met haar leermeesteres in trance gaan en uittreden om voor hulpvragen van mensen de goden te raadplegen. Ze leert al doende de antwoorden van de goden te verwoorden en duidelijk te maken aan de hulpvragers. Steeds vaker mag ze meedoen in de kring van priesteressen die af en toe bij elkaar komen om zich gezamenlijk af te stemmen , berichten door te geven en allerlei kwesties te bespreken.


Op onderzoek bij hunebed D8

De inwijding tot priesteres
Op een dag kreeg ze te horen dat de kring van priesteressen weer bij elkaar zou komen en dat ze haar inwijding tot priesteres zou krijgen. Dat betekende dat haar leermeesteres haar voldoende vond functioneren in haar priesteressen activiteiten. Op de dag van de inwijding waren er veel priesteressen, wel vijftien van verschillende hunebedden. Jestri voelde zich vereerd, maar ook wat zenuwachtig nu ze met zovelen waren. “Zou ze dat wel aankunnen?” vroeg ze zichzelf af, “en verwachten ze niet teveel van mij?”
De zon begon al onder te gaan toen de ceremonie begon. Jestri moest elders wachten buiten de kring. Wel hoorde ze dat de priesteressen liederen zongen voor afstemming op de goden en om te vragen dat de kandidate, Jestri dus, zou worden toegelaten als priesteres. Een van de priesteressen kwam naar haar toe en gaf haar speciale kruiden te eten die heel fijn waren gemaakt, bijna een poeder. Ook de priesteressen van de kring gebruikten kruiden. De priesteres bleef bij haar terwijl ze voelde hoe ze zweverig begon te worden. Ondersteund door de priesteres mocht ze in de kring komen en daar, bijna in het midden van de kring, mocht ze liggen op zachte huiden van dieren. Ze mocht nu haar ogen sluiten terwijl ze het meeslepende gezang van de priesteressen om haar heen hoorde.

De lichtende priesteres
Dan begon ze uit te treden, maar het was anders dan de vorige keren. Vaag zag ze om zich heen de priesteressen opdoemen van de kring waarin ze zich bevond. Ze voelde zich gesteund en heel warm ontvangen door de priesteressen “Ik wil priesteres worden” ging het door haar heen “en mensen dienen, goden vragen om mensen te helpen en licht van het godenrijk op aarde te brengen.” Hoger en hoger ging ze terwijl het lichter om haar heen werd. Een heel prettig licht. Dan zag ze iets wat ze nog nooit gezien had: het beeld van een lichtende priesteres verscheen voor haar geestelijke ogen. Een priesteres die zich sierlijk bewoog en waarvan iedere beweging haar blij maakte. Het voelde alsof een stralend warm licht op haar scheen en haar diep, heel diep van binnen verwarmde. Dan zag ze beelden voor haar geestesoog verschijnen van mensen die haar hulp vroegen, maar ook mensen die probeerden haar voor zich te winnen, in te palmen, maar ze werd zich ervan bewust hoe afstand te houden en zich zo nodig af te sluiten. Beelden verschenen van kinderen die huilden en pijn hadden en hoe ze die door het stalende licht vanuit haar handpalmen en vingertoppen heling en rust kon brengen. Beelden van mannen verschenen die zich stoer naar haar toe gedroegen en probeerden haar te imponeren of verleiden, maar ze wist vriendelijk afstand te bewaren. Een beeld van een jongeman verscheen waarmee ze een hartverbinding voelde. Ze wist dat ze die eens zou ontmoeten. Het beeld van een spinster, een goddelijke spinster, ontvouwde zich voor haar ogen. Ze zag er een lichtende draad vandaan komen die ze in handen kreeg. Ze wist hierdoor dat de goden altijd bij haar zouden zijn, altijd in verbinding met haar en zolang ze werkte in het licht zou de lichtende draad haar met de goden verbinden.

Thuiskomst
Langzaam drong het gezang van de priesteressen weer tot haar door. Ze zag ze met haar geestesogen om haar heen met een stralend licht in hun spirituele hart. Ze voelde en wist dat dat haar zusters waren, dat ze was opgenomen in de kring van priesteressen die voor altijd haar thuis zou zijn. Die haar zouden steunen, ook al waren ze niet direct in de buurt. Bij terugkomst in haar lichaam, voelde ze zich weer even duf en zwaar door de kruiden, maar dan merkt ze hoe de priesteressen haar allemaal liefdevol aanraakten, zacht masseerden en koesterden. Ze voelde zich helemaal gelukkig.
Later toen iedereen weer was bijgekomen van deze intense inwijding, was er een feestmaal om de komst van de nieuwe priesteres in hun midden te vieren. Jestri voelde zich werkelijk opgenomen in de kring van priesteressen, haar zusters.

Korte terugblik
Wat opvalt in de hier vermelde opleiding tot priesteres is dat het leren van uittreden niet genoeg is. In aura-readingen van vorige levens kom ik deze techniek regelmatig tegen. Ze werd door magiërs van allerlei volken en culturen gebruikt. Deze magiërs, mits goed getraind, konden in uitgetreden toestand acties ondernemen waardoor ze ten behoeve van hun cliënten mensen ‘in de luren konden leggen’, en op afstand ongezien een storende invloed op hen konden uitoefenden. De opleiding tot priesteres stijgt daar verre bovenuit. Na het leren uittreden wordt geoefend om zich innerlijk zo te ontwikkelen dat contact met de hogere, lichtende gebieden van de geestelijke wereld gemaakt kon worden. Dat was heel belangrijk omdat op deze manier adviezen van superieure kwaliteit konden worden verkregen en toegang tot bijzondere genezende energieën. Dat vereiste dat de leerlingen zich spiritueel zuiverden en leerden afstemmen op het licht van hun spirituele hart.
Lopend vanaf het hunebed D8 kwam ik langs de galgenheuvel en nog een andere grafheuvel uit de oertijd. Even richtte ik me daarop en kreeg meteen beelden van droefenis, heel anders dan bij een hunebed. Het beeld kwam van een vrouw die met groot verdriet afscheid neemt van iemand waaraan ze gehecht is, iemand waarvan de stoffelijke resten na crematie in een urn in de grafheuvel zijn bijgezet. Ze hoopte dat die geliefde naar de hemel is opgestegen.

In het begin van dit verhaal vertel ik over mijn wens meer te weten te komen over de hunebedbouwers. Eén dag later lukte dat wel bij het D10 hunebed in de buurt van Gasteren. Het verhaal ervan staat in een ander blogbericht.

Meer informatie
Meer verhalen over het verleden van hunebedden die door middel van aura-reading zijn verkregen, zijn te vinden in de rubriek ‘Mijnhunebed’ van het Hunebedcentrum te Borger en op deze website. Hier staat ook wat een aura-reading is.

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *